Vergelijkingsdocument_Sociale_Hygiëne_Examentraining_Verschillen_Versie_2017_vs_2019

Vergelijkingsdocument 2e druk vs. 1e druk Sociale Hygiëne Examentraining

Staat achter de Nederlandse horeca Datum: 27/02/2019 Versie: 1.0 Sociale Hygiëne Examentraining 1e druk, 2017 (ISBN 9789052112992) vs. 2e druk, 2019 (ISBN 9789052113661) Vergelijkingsdocument Op het boek ‘Sociale Hygiëne Examentraining’ is een vergelijkingsdocument van toepassing. Onderstaand worden de wijzigingen aangeboden, die zijn verwerkt in de nieuwe versie van ‘Sociale Hygiëne Examentraining’ (2e druk, 2019; ISBN 9789052113661) ten opzichte van de 1e druk, 2017 (ISBN 9789052112992). Bladzijde 1e druk, 2017 (9789052112992) 2e druk, 2019 (9789052113661) 2 ISBN 9789052112992 ISBN 9789052113661 17 © SVH, Zoetermeer © SVH, Zoetermeer 1e druk, 2017 2e druk, 2019 Examen- training 1 Bij het juiste antwoord is ook aangegeven waar Bij het juiste antwoord is ook aangegeven waar - u de betreffende informatie kunt terugvinden u de betreffende informatie kunt terugvinden Vraag 1 in het theorieboek Sociale Hygiëne 1ste druk, in het theorieboek Sociale Hygiëne 2e druk, Blz. 5 2016 van SVH, ISBN 978-90-5211-048-6. 2019. Een horecabedrijf wil alcoholhoudende Een horecabedrijf wil alcoholhoudende dranken gaan verkopen. dranken gaan verkopen. Wie moet of moeten in dit geval in het bezit Wie moet of moeten in dit geval in het bezit zijn van een Verklaring kennis en inzicht zijn van een Verklaring kennis en inzicht sociale hygiëne? sociale hygiëne? A de eigenaar van het horecabedrijf A alle medewerkers in het horecabedrijf B de leidinggevende in het horecabedrijf B de leidinggevende in het horecabedrijf C de vaste medewerkers in het horecabedrijf C de vaste medewerkers in het horecabedrijf Examen- Wat voor soort gedrag vertoont de gast in het Wat voor soort gedrag vertoont de gast in het training 1 onderstaande voorbeeld? onderstaande voorbeeld? - Vraag 16 Een gast valt een vrouw lastig en wordt daar Een gast komt het restaurant met een hond Blz. 7 door de medewerker van het horecabedrijf op binnen. De medewerker van het restaurant aangesproken. De gast antwoordt daarop: spreekt de gast aan en maakt de gast duidelijk Examen- ‘Wat een onzin, ik mag hier toch wel een vrouw dat honden volgens de huisregels niet welkom training 1 versieren?’ zijn. De gast antwoordt daarop: 'Wat voor een - huisregel is dat nu weer?' Vraag 31 A A1-gedrag Blz. 10 B A2-gedrag A A1-gedrag C B1-gedrag B A2-gedrag C B1-gedrag Een gast is snel geïrriteerd en agressief. Je vermoedt drugsgebruik bij een gast. Hij is namelijk snel geïrriteerd en agressief. Welke drug heeft deze gast waarschijnlijk gebruikt? Welke drug heeft deze gast vermoedelijk gebruikt? A cocaïne B GHB A cocaïne C XTC B GHB C XTC Vergelijkingsdocument Sociale Hygiëne Examentraining, 27/02/2019

Staat achter de Nederlandse horeca Examen- Wie ziet toe op de naleving van de Tabakswet? Wie ziet toe op de naleving van de Tabaks- en training 1 Rookwarenwet? - A de controleurs van de gemeente Vraag 35 B de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit A de controleurs van de gemeente C de politie B de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Blz. 11 C de politie Examen- Welke eis stelt de Drank- en Horecawet aan de Welke eis stelt het Besluit eisen inrichtingen training 1 toiletten in een horecagelegenheid? Drank- en Horecawet aan de toiletten in een - horecagelegenheid? Vraag 38 A dat er minimaal twee van elkaar gescheiden toiletgelegenheden aanwezig zijn A dat er minimaal twee van elkaar gescheiden Blz. 12 B dat er minimaal twee voorzieningen met toiletgelegenheden aanwezig zijn drinkwater in de toiletgelegenheid aanwezig B dat er minimaal twee voorzieningen met Examen- zijn drinkwater in de toiletgelegenheid aanwezig training 2 C dat er minimaal twee urinoirs aanwezig zijn zijn - in de toiletgelegenheid C dat er minimaal twee urinoirs aanwezig zijn Vraag 32 in de toiletgelegenheid Welke van onderstaande middelen heeft Blz. 20 een stimulerende werking? Welke van onderstaande drugs heeft een stimulerende werking? Examen- training 2 A cocaïne A cocaïne - B hasj B hasj Vraag 33 C GHB C GHB Blz. 21 Welke van onderstaande middelen heeft Welke van onderstaande drugs heeft een een bewustzijnsveranderende werking? bewustzijnsveranderende werking? Examen- training 2 A alcohol A cocaïne - B speed B speed Vraag 36 C XTC C XTC Blz. 21 Wat is de belangrijkste reden voor het invoeren In de Tabaks- en rookwarenwet wordt de term Examen- van de Tabakswet? 'aanverwante producten' benoemd. training 3 - A het beschermen van gasten en medewerkers Welke van de onderstaande producten is NIET Vraag 1 tegen tabaksrook een aanverwant product? Blz. 25 B het ontmoedigen van ongezonde gewoontes A een e-sigaret zonder nicotine van gasten B een waterpijp Examen- C een voor roken bestemd kruidenproduct training 3 C het zorgen voor minder brandgevaarlijke - situaties in het horecabedrijf Vraag 3 Wat is een deur openhouden voor iemand? Wat is een deur openhouden voor iemand? Blz. 25 A ethiek A een norm B een norm B een regel C een waarde C een waarde Welke wet of welk besluit geeft richtlijnen voor Welke wet of welk besluit geeft richtlijnen voor een veilige werkomgeving voor medewerkers? een veilige werkomgeving voor medewerkers? A de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) A de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) B de Drank- en Horecawet B de Drank- en Horecawet C het besluit kennis en inzicht C het Besluit eisen inrichtingen Drank- en Horecawet Vergelijkingsdocument Sociale Hygiëne Examentraining, 27/02/2019

Staat achter de Nederlandse horeca Examen- Welke drug heeft als werkende stof THC? Welke van de onderstaande drugs heeft THC training 3 als werkzame stof? - A cocaïne Vraag 30 B wiet A cocaïne C XTC B wiet Blz. 30 C XTC Wat is een bewustzijnsveranderend middel? Examen- Welke van onderstaande drugs heeft een training 3 A alcohol bewustzijnsveranderende werking? - B cocaïne Vraag 33 C wiet A cocaïne B speed Blz. 30 Wat is volgens de Nederlandse wet de C wiet minimumleeftijd voor de verkoop van Examen- tabaksproducten? Wat is volgens de Nederlandse wet de training 3 minimumleeftijd om tabaksproducten en/of - A 16 jaar aanverwante producten te mogen kopen? Vraag 35 B 18 jaar C 21 jaar A 16 jaar Blz. 31 B 18 jaar Hoe oud moet een leidinggevende van een C 21 jaar Examen- horecabedrijf zijn om een vergunning te training 4 kunnen krijgen om alcoholische drank te Hoe oud moet een leidinggevende van een - mogen verkopen? horecabedrijf zijn om een drank- en Vraag 2 horecavergunning te kunnen krijgen?? A 18 jaar Blz. 33 B 21 jaar A 18 jaar C 25 jaar B 21 jaar Examen- C 25 jaar training 4 Waarin staan eisen die betrekking hebben op - de gezondheid van werknemers? Waarin staan eisen die betrekking hebben op Vraag 3 de gezondheid van werknemers? A in de Algemene Maatregel van Bestuur Blz. 33 Horecabedrijven A in de Algemene Maatregel van Bestuur B in de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) Horecabedrijven Examen- C in de Drank- en Horecawet B in de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) training 4 C in het Besluit eisen inrichtingen Drank- en - Welke doelgroep heeft als kenmerk dat zij Horecawet Vraag 5 weinig geld te besteden hebben en een liefhebber zijn van populaire muziek? Welke doelgroep heeft als kenmerk dat zij Blz. 33 weinig geld te besteden hebben en een A scholieren liefhebber zijn van populaire muziek? Examen- B toeristen training 4 C tweeverdieners A alleenstaanden - B scholieren Vraag 6 Welke doelgroep past het beste bij C tweeverdieners onderstaande (deel van de) bedrijfsformule? Blz. 34 Welke doelgroep past het beste bij Het horecabedrijf is gevestigd in een onderstaande (deel van de) bedrijfsformule? opgeknapte boerderij, in een klein dorpje ongeveer 25 km buiten de stad. Het is Het horecabedrijf is gevestigd in een belangrijk dat gasten veel aandacht krijgen opgeknapte boerderij, in een klein dorpje van het personeel en medewerkers beschikken ongeveer 25 km buiten de stad. Het is over een EHBO-diploma. belangrijk dat gasten veel aandacht krijgen van het personeel en medewerkers beschikken A tweeverdieners over een EHBO-diploma. B senioren C werkende jongeren A senioren B tweeverdieners C werkende jongeren Vergelijkingsdocument Sociale Hygiëne Examentraining, 27/02/2019

Examen- Een gast trekt een mes en richt het mes naar Staat achter de training 4 jou. Nederlandse horeca - Vraag 23 Wat is de eerste stap die je zet volgens het Een gast bedreigt je met de woorden: “Ik weet Blz. 37 bijpassende gespreksmodel? waar je woont. Ik krijg je nog wel te pakken.” Examen- A de gast tot de orde roepen Wat is de eerste stap die je zet volgens het training 4 B het gedrag beschrijven bijpassende gespreksmodel? - C het gedrag negeren Vraag 33 A de gast tot de orde roepen Blz. 39 B het gedrag beschrijven C het gedrag negeren Examen- training 4 Welk soort drug kan zorgen voor stijve kaken? Welke van onderstaande drugs kan zorgen voor - stijve kaken? Vraag 34 A GHB Blz. 39 B wiet A GHB C XTC B wiet Examen- C XTC training 4 - Wat is een stimulerend middel? Welke van de onderstaande middelen valt NIET Vraag 37 onder de Opiumwet? Blz. 40 A alcohol B hasj A GHB Examen- C XTC B lachgas training 5 C speed - Vraag 16 Bij welk onderstaand voorbeeld is er sprake van Een gast is aan het gokken. Bij welke van de Blz. 45 een tunneleffect bij een gast, als een gast onderstaande voorbeelden is er sprake van een achter een kansspelautomaat staat? tunneleffect bij de gast? Examen- training 5 A als een gast agressief reageert naar andere A als een gast agressief reageert naar andere - gasten gasten Vraag 33 Blz. 49 B als een gast emotioneel reageert wanneer hij B als een gast emotioneel reageert wanneer hij wordt aangesproken wordt aangesproken C als een gast niet reageert wanneer hij wordt C als een gast niet reageert wanneer hij wordt aangesproken aangesproken Met welk soort gedrag reageert de gast in het Met welk soort gedrag reageert de gast in het onderstaande voorbeeld? onderstaande voorbeeld? Een gast dealt drugs in een horecabedrijf en Een gast dealt drugs in een horecabedrijf en wordt daar op aangesproken door de wordt daar op aangesproken door de leidinggevende. De gast reageert daarop door leidinggevende. De gast reageert daarop door te zeggen: ‘Houd jij je nou maar bezig met het te zeggen: ‘Houd jij je nou maar bezig met het dealen van je bier, dan houd ik me bij mijn dealen van je bier, dan houd ik mij bezig met eigen stuf.’ mijn eigen stuff.' A agressief gedrag A agressief gedrag B tegenwerkend gedrag B tegenwerkend gedrag C verzoenend gedrag C verzoenend gedrag Welk middel heeft een stimulerende werking? Welke van onderstaande middelen heeft een stimulerende werking? A alcohol B wiet A alcohol C XTC B wiet C XTC Vergelijkingsdocument Sociale Hygiëne Examentraining, 27/02/2019

Staat achter de Nederlandse horeca Examen- Wie ziet toe op de naleving van de Wie ziet toe op de naleving van de Tabaks- training 5 Tabakswet? en Rookwarenwet? - Vraag 35 A de controleurs van de gemeente A de controleurs van de gemeente B de Nederlandse Voedsel- en B de Nederlandse Voedsel- en Blz. 49 Warenautoriteit Warenautoriteit C de politie C de politie Antwoorden Examentraining 1 Vraag 14 - C Vraag 14 - C - Pagina 60 Pagina 61 Blz. 53 3.2 Regels handhaven 3.2 Regels handhaven Antwoorden Examentraining 2 - Vraag 15 - C Vraag 14 - C Blz. 55 Pagina 60 Pagina 61 Antwoorden Examentraining 2 3.2 Regels handhaven 3.2 Regels handhaven - Blz. 56 Vraag 36 - A Vraag 36 - B Antwoorden Examentraining 3 Pagina 133 Pagina 133 - 8.4 De wet 8.4 De wet Blz. 57 Antwoorden Examentraining 3 Vraag 1 - B Vraag 1 - A - Pagina 14 Pagina 14 Blz. 58 1.1 Wat is Sociale Hygiëne? 1.1 Wat is Sociale Hygiëne? Antwoorden Examentraining 4 - Vraag 22 - C Vraag 22 - C Blz. 59 Pagina 92 Pagina 90 5.5 Verborgen regelovertreding 5.5 Verborgen regelovertreding Antwoorden Examentraining 4 Vraag 5 – A Vraag 5 – B - Pagina 31 Pagina 31 Blz. 59 1.4 Het horecabedrijf en de 1.4 Het horecabedrijf en de bedrijfsformule bedrijfsformule Antwoorden Examentraining 4 - Vraag 6 – B Vraag 5 – A Blz. 59 Pagina 31 Pagina 31 Antwoorden Examentraining 4 1.4 Het horecabedrijf en de 1.4 Het horecabedrijf en de - bedrijfsformule bedrijfsformule Blz. 60 Antwoorden Examentraining 4 Vraag 14 – C Vraag 14 – C - Pagina 60 Pagina 61 Blz. 60 3.2 Regels handhaven 3.2 Regels handhaven Antwoorden Examentraining 4 - Vraag 21 – C Vraag 21 – C Blz. 60 Pagina 92 Pagina 92 Antwoorden Examentraining 4 5.4 Verborgen regelovertreding 5.5 Verborgen regelovertreding - Vraag 22 – C Vraag 22 – B Blz. 60 Pagina 94 Pagina 94 Antwoorden Examentraining 4 5.6 Agressie en geweld 5.6 Agressie en geweld - Blz. 60 Vraag 23 – B Vraag 23 – C Pagina 94 Pagina 94 5.6 Agressie en geweld 5.6 Agressie en geweld Vraag 26 – B Vraag 26 – C Pagina 99 Pagina 99 6.2 Het effect 6.2 Het effect Vraag 34 – C Vraag 34 – B Pagina 119 Pagina 123 7.2 Het effect 7.3/7.4 Het gebruik/De wet Vergelijkingsdocument Sociale Hygiëne Examentraining, 27/02/2019