NEN 3140
NEN-EN 50110 – 1 NEN 3140 NEN-EN 50110 – 2 NEN 3140 Deze opleiding beperkt zich tot het behandelen van de bepalingen die betrekking hebben op werkzaamheden aan laagspannings-installaties door een: Vakbekwaam persoon; Voldoend onderricht persoon. 2
NEN-EN 50110 NEN 3140 NEN 3140 Sinds de invoering van de Arbo-wet in 1990 is niet alleen de werkgever maar ook de werknemer verantwoordelijk voor de veiligheid en gezondheid binnen zijn bedrijf. In het kader van de Europese eenwording is de NEN 3140 maart 2011 afgestemd op de Europese ontwikkelingen. 3
NEN 3140 Arbobesluit: werken aan elektrische installatie Het Arbobesluit heeft een bepaling die betrekking heeft op het elektrische veiligheidsrisico voor werkzaamheden: Arbobesluit zie artikel 3.5 eisen aan elektrotechnische werkzaamheden, bedieningswerkzaamheden en andere werkzaamheden Werkzaamheden aan elektrische installaties Artikel 3.5 is van toepassing op alle soorten werkzaamheden aan elektrische installaties. Van dit artikel gaan lid 1, 3, 4 en 5 over laagspanningsinstallaties. In lid 1 wordt aangegeven dat werknemers die werken aan een elektrische installatie (elektrotechnische werkzaamheden of gevaarlijke bedieningswerkzaamheden), daarvoor aan eisen moeten voldoen. Deze eisen zijn: 1. Personen moeten deskundig zijn. Dat wil zeggen dat hun deskundigheid voldoende moet zijn om de installatie en de gevaren ervan te kunnen overzien 2. Personen moeten voldoende onderricht zijn. De personen moeten zodanig zijn geïnstrueerd dat ze weten elke veiligheidsprocedures te volgen en begrijpen waarom die procedures zo opgezet zijn 3. Personen moeten bevoegd zijn. De werkgever moet de personen bevoegd verklaren voor de uit te voeren werkzaamheden. Dat impliceert een afweging over de werksituaties die toegestaan zijn Spanningsloos werken In lid 3 en 4 wordt aangegeven dat werkzaamheden alleen in spanningsloze toestand mogen plaatsvinden. Spanningsloos betekent hier dat de beide risico's in voldoende mate afwezig zijn. Lid 5 biedt de mogelijkheid om onder spanning te werken, maar stelt hier dermate zware eisen aan dat het onder spanning werken in de praktijk vrijwel altijd een wetsovertreding is.
NEN 3140 Arbo-verplichtingen werknemer • Machines, apparatuur etc. Juist gebruiken; • Persoonlijke beschermingsmiddelen op een Juiste manier gebruiken • Beveiligingsmiddelen niet wijzigen • Meewerken aan voorlichting en onderricht • Gevaarlijke situaties direct melden (En eventueel werk onderbreken) 5
NEN-EN 50110 deel 1 & 2 NEN 3140 6
Aanwijzing door werkgever NEN 3140 bepaling 4.2.101 NEN 3140 De werkgever dient zijn personeel schriftelijk aan te wijzen, 7
NEN-EN 50110 NEN 3140 NEN 3140 De NEN 3140 heeft betrekking op een spanningniveau van extra lage spanning tot en met lage spanning. De exacte maximale waarden voor de verschillende spanningssoorten zijn: • een nominale wisselspanning van ten hoogste van 1000 V tussen de fasen • een nominale gelijkspanning van ten hoogste 1500 V tussen de polen en 900 V tussen één van de polen en aarde. 8
NEN 3140 W.G. Werkgever 9
NEN 3140 W.G. Installatie Verantwoordelijke Aanwijzing Werk Verantwoordelijke door Vakbekwaam Persoon de Voldoend Onderricht Persoon Werkgever 10
NEN 3140 W.G. I.V. Installatie Verantwoordelijke Aanwijzing door de Werkgever 11
INSTALLATIE NEN 3140 VERANTWOORDELIJKE Is verantwoordelijk voor: (een deel van) de installatie. toegangsregeling en -controle. wijzigingen in de configuratie van de elektrische installatie. het verlenen van toestemming voor het uitvoeren van. werkzaamheden. het beschikbaar stellen van de nodige PBM's. het (laten) onderhouden van de installatie. het (laten) inspecteren van de installatie en elektrische arbeidsmiddelen. 12
NEN 3140 W.G. I.V. W.V. Werk Verantwoordelijke Aanwijzing door de Werkgever 13
WERK- NEN 3140 VERANTWOORDELIJKE Is verantwoordelijk voor: • de uitvoering van de werkzaamheden. • het instrueren van degenen die aan de werkzaamheden deelnemen. • het indien nodig coördineren van werkzaamheden. • afstemming met de installatieverantwoordelijke voor aanvang en indien nodig tijdens de werkzaamheden. • het onderzoeken van de werkplek. • het verlenen van toestemming voor het beginnen van de werkzaamheden. • indien nodig toezicht houden. • het melden dat de werkzaamheden zijn afgerond en dat de installatie gereed is voor wederinschakeling. 14
NEN 3140 W.G. I.V. W.V. V.P. Vakbekwaam Persoon 15
VAKBEKWAAM NEN 3140 PERSOON - 1 Opleiding en ervaring van vakbekwame personen. • een voltooide lagere elektro-technische vakopleiding in de energietechniek en voldoende ervaring op dat vakgebied. • een voldoende vaardigheid voor het hanteren van gereed-schappen en het verwerken van materialen. Ook dient de kennis van gereedschappen en materialen aanwezig te zijn. • voldoende kennis van de geldende veiligheidsvoorschriften en veiligheids bepalingen. 16
VAKBEKWAAM NEN 3140 PERSOON - 2 • Vakbekwame personen zijn bevoegd voor het uitvoeren van alle elektrotechnische werkzaamheden , bedieningshandelingen en voor het zelfstandig nemen van veiligheidsmaatregelen in installaties. • ze mogen ook de verantwoordelijkheid dragen voor de veiligheid in verband met E-gevaren bij werkzaamheden die worden uitgevoerd door voldoend onderrichte personen en leken van 18 jaar en ouder. • In overzichtelijke installaties of gedeelten daarvan en voor bepaalde overzichtelijke werkzaamheden mag een vakbekwaam persoon worden aangewezen als installatieverantwoordelijke / werkverantwoordelijke. 17
NEN 3140 W.G. I.V. W.V. V.P. V.O.P. Voldoend Onderricht Persoon 18
VOLDOEND ONDERRICHT NEN 3140 PERSOON - 1 • Opleiding en ervaring van de voldoend onderrichte personen. • Een voldoend onderricht persoon behoeft geen elektrotechnische vakopleiding te hebben genoten en heeft veelal weinig of geen praktijkervaring. • Wel moet hij/zij op de hoogte zijn van de gevaren die bestaan bij het verrichten van werkzaamheden in de omgeving van onder spanning staande delen en weten wat hij/zij moet doen of laten om deze gevaren te voorkomen. 19
VOLDOEND ONDERRICHT NEN 3140 PERSOON - 2 • Bevoegdheden van de voldoend onderrichte personen. • Voldoend onderrichte personen van 18 jaar of ouder mogen wel elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in installaties, uitsluitend in opdracht van: • werkverantwoordelijke. • installatieverantwoordelijke. Veiligheidsmaatregelen. • Als voldoend onderrichte personen zelf elektrotechnische werkzaam-heden zullen gaan uitvoeren in de nabijheid van actieve delen mogen ze zelf geen veiligheidsmaatregelen treffen. Dit moet gebeuren door ten minste vakbekwame personen. 20
NEN 3140 W.G. I.V. W.V. V.P. Geen aanwijzing V.O.P. Leerlingen & L&S studenten 21
NEN 3140 W.G. I.V. W.V. V.P. Geen aanwijzing V.O.P. L. L&S Leek 22
Bedieningshandelingen NEN 3140 Bedieningshandelingen hebben tot doel een installatie of een gedeelte daarvan in en uit te schakelen of bijvoorbeeld door middel van het bedienen van regelknoppen de installatie in bedrijf te houden. Bij bedieningshandelingen is het gevaar van elektrokutie of vlambogen door kortsluiting mogelijkerwijs aanwezig. Er bestaan twee soorten bedienings-handelingen vanuit de NEN-EN 50110-1 te weten: 1 . bedieningshandelingen zonder gevaar. 2. bedieningshandelingen met gevaar. 23
NEN 3140 Bedieningshandelingen zonder gevaar bedoeld om de elektrische toestand van de installatie te wijzigen, om (elektrisch) materieel te gebruiken, om materieel dat is ontworpen om zonder risico te worden gebruikt aan te sluiten of los te nemen, aan of uit te zetten, voorzover dit mogelijk is in de praktijk 24
NEN 3140 Bedieningshandelingen zonder gevaar het bedienen van schakelaars • het insteken en uittrekken van contactstoppen • het verwijderen of aanbrengen van schroefveiligheden • het aflezen van vaste meetinstrumenten • het regelen van spanning, stroom, vermogen en dergelijke. • Deze werkzaamheden mogen dan ook zonder beperking door iedereen worden verricht. 25
Elektrotechnische werkzaamheden NEN 3140 In tegenstelling tot bedieningshandelingen wordt bij elektrotechnische werkzaamheden aan de elektrische installatie zelf gewerkt. Zo vallen het aanleggen, het uitbreiden en het wijzigen van een elektrische installatie onder het begrip 'elektrotechnische werkzaamheden'. 26
Elektrotechnische werkzaamheden NEN 3140 Ook het uitvoeren van onderhoud, inspectie, het herstellen en vernieuwen vallen onder dit begrip, evenals het uitvoeren van metingen en beproevingen, terwijl de installatie onder spanning staat. Voor het verrichten van dergelijke werkzaamheden is vakmanschap noodzakelijk. 27
NEN 3140 28
Veiligheidsmaatregelen-1 NEN 3140 Alle maatregelen die worden getroffen om letsel of schade bij werkzaamheden aan of in de omgeving van de elektrische installatie te voorkomen worden 'veiligheidsmaatregelen' genoemd. Onder het begrip 'werkzaamheden' valt ook het nemen van veiligheidsmaatregelen. Hieronder wordt verstaan het spanningsloos maken van een installatie door : het uitzetten van een (last-) scheider en/of het verwijderen van smeltveiligheden. 29
NEN 3140 Veiligheidsmaatregelen-2… FILM Renee Vaak dienen daarnaast nog maatregelen te worden getroffen om te voorkomen, dat de installatie (per ongeluk) weer onder spanning komt door het vergrendelen van lastscheiders, het afsluiten van kasten en het ophangen van waarschuwingsborden of labels. 30
NEN 3140 31
NEN 3140 32
NEN 3140 33
Veiligheidsmaatregelen-3 NEN 3140 Tot de veiligheidsmaatregelen behoort eveneens het vóór het begin van de werkzaamheden: 1. controleren of de installatie spanningsloos is 2. controleren of het te gebruiken gereedschap aanwezig is en in goede staat verkeert 3. controleren of de installatie beveiligd is tegen weder inschakelen 4. zorgen voor aarding en kortsluitverbindingen 5. zorgen voor bescherming ten opzichte van naastgelegen actieve delen 34
NEN 3140 INVLOED VAN ELEKTRICITEIT Belangrijke punten bij stroomdoorgang zijn: l grootte van de elektrische stroom door het lichaam; l de tijdsduur die stroom door het menselijk lichaam vloeit; l de plaats van het menselijk lichaam waar de in- en uittreding van elektrische stroom plaats vindt; l de soort elektrische stroom: - Wisselstroom (AC = Alternating Current); - Gelijkstroom (DC = Direct Current). 35
NEN 3140 De gevaren Bij het werken met en gebruik maken van elektriciteit is er altijd een kans dat er gevaren optreden, de oorzaak hiervan kan zijn: l spanningsaanraking (direct of indirect) l kortsluiting en overbelasting (te grote warmteontwikkeling). 36
NEN 3140 Het gevolg van de genoemde aspecten kan respectievelijk zijn: • stroomvoering door het menselijk lichaam brand- en explosiegevaar. 37
NEN 3140 38
NEN 3140 39
NEN 3140 Werkrisico Het werkrisico is het risico dat personen lopen bij werkzaamheden aan een elektrische installatie. Per situatie, bedrijf of branche kan worden bepaald of er sprake is van een werkrisico en in welke mate dat risico aanwezig is. Naast de mate van werkrisico bepaald door het soort bedrijf zijn ook de mogelijke werksituaties bepalend voor het werkrisico. Daar waar gewerkt kan worden in bijvoorbeeld situaties: 1. met veel vocht (regen, vijver, waterlekkage, hogedrukreiniging, badruimte) 2. met hoge temperatuur ('s zomers buiten, nabij gasketels, bij stoomleidingen, bij industriële verbrandingsprocessen, machinekamer) 3. met weinig bewegingsruimte (in kruipruimte, op kabelladder, op leidingenbrug) 4. waarin dikke beschermende kleding wordt gedragen (vriescel, vlamboogbestendig pak)
NEN 3140 RIE-vragen werkrisico Voor het werkrisico zijn concrete vragen: 1. wordt door werknemers gewerkt aan de elektrische installatie? 2. welke soorten werkzaamheden worden door werknemers uitgevoerd? 3. zijn de werknemers voldoende deskundig en geïnstrueerd voor deze werkzaamheden? 4. zijn de werknemers bevoegd verklaard door werkgever voor deze werkzaamheden? 5. zijn bovenstaande punten ook geregeld voor ingeleend personeel? 6. worden de werkzaamheden spanningsloos uitgevoerd 7. worden de werkzaamheden uitgevoerd conform NEN 3140? 8. worden de risico's van de werkzaamheden op een andere wijze gereduceerd? 9. zijn er werksituaties die verschillen in het risico dat ze opleveren? 10. is het risico van het gebruik van meetinstrumenten, werkkleding en hulpmiddelen beoordeeld?
NEN 3140 AANRAKINGSGEVAAR De volgende gevaren treden op bij aanraking van elektriciteit: • verbranding van de huid; • verbranding van inwendig weefsel; • functiestoornissen, verlamming; • elektrocutie; • indirecte gevaren en de gevolgen ervan. 42
NEN 3140 Signalen en Symtonen Symtonen • Onregelmatige hartslag of hartstilstand • Pijn • Spierpijn • Spiersamentrekking • Hoofdpijn • Bewusteloosheid Signalen • Een in- en uitgaande wond • Brand geur • Rook 43
NEN 3140 • Bij een elektrische wond is er atijd een in- en uitgaande wond, afhankelijk van de stroomdoorgang door het lichaam. 44
KORTSLUITGEVAAR NEN 3140 De volgende gevaren treden op bij kortsluiting van elektriciteit: • verbranding; • oogletsel; • ademhalingsproblemen; • vergiftiging; • brand en explosiegevaar. 45
GEVAAR BIJ ELEKTRICITEIT NEN 3140 46
AANRAKINGSGEVAAR NEN 3140 De factoren die voor het effect van de stroom door het lichaam bepalend zijn de: • grootte van de spanning; • impedantie van het lichaam; • tijdsduur van de stroom; • frequentie van de stroom. 47
AANRAKINGSGEVAAR NEN 3140 De factoren die voor het effect van de stroom door het lichaam bepalend zijn de: • grootte van de spanning; • impedantie van het lichaam; • tijdsduur van de stroom; • frequentie van de stroom. 48
HARTFIBRILLATIE NEN 3140 49
NEN 3140 Gereedschappen en hulpmiddelen Het spreekt voor zich dat werknemers die elektrotechnische werkzaamheden moeten uitvoeren beschikken over goedgekeurde gereedschappen en hulpmiddelen en deze ook gebruiken. Voor het meten van spanningen moeten een voltmeter of een dubbelpolige spanningaanwijzer worden gebruikt. Deze moet voor aanvang en aan het einde van de werkzaamheden gecontroleerd worden op de juiste werking. 50
Search