Artikel_lunula

Ary-/^ v-I.J{,rchaeologia protohistorica (x ,+íJ/),/ \ í\/ @ /-/r§- / ,/ ffiffiW\\l1# ffitlrrffi\\\\\ \\\\\\\\\N\\\\\\NN. .' \\§ \Beez {Narnur / Nanaem} 24-25\"*2.2*92

LUNï-li-A. Àrchaeologia pr*lohisrorica. XX, 20 12, p' 2li5-2Í)6Tabte des matières / Inhoudstafel- Mark VAN STRYDONCK & Eugène WARMENBOL ? .'..'-,'i:',-.'.:'.:LLr-\"deHatl-stlr-LesseUneséquenceradiométriqueduNéolithiquefinal àLaTènefina1er.;tprov. de Namur, Belgique)'- Marc.TALON, Anne-Charlotre BAUDRY, Nathalie BUCHEZ- Deni§ GAILI-ARD- Didier LAMOTTE, Philippe 11LEFÈVRE & GiIIES PRILAUX du canal Seine-Nord Euope porn l'àge du Bronze et le premier àge t1Premiers apports du programme archéologique lldu Fer dans le nord de la France. 3l-LiesbethMESSIAEN,DimitriTEETAERT&MiekeVA*\EEl'iOO 35Een grafheuvel en nederzettingssporen te Stekene-Kerkstraat (pror-- Oo$-Vlaaderen' België)' r+l 45-TinaDYSELINCKGent-Hogeweg, het beeld vervolledigd (pror\" Oost-Vlaandercn, België)' 49 53- Jordi BRUGGEMAN, Natasja REYNS & Mariike DERIELIW 59lTwee bronstijdkringgreppels in de Schoolstraat te Rumst (prov. Antwerpen, België). 65 - Stephan DELARUELLE. Ban DE S\l\ELE. Carherina THIJS. Simon VERDEGEM. Sofie SCHELTJENS & JeÍ- 71 ,.\N DONINCK 15 :en meerÍàsig grafmonut.nellt aan de H 'rer e -\kkers in OLrd-Turnhout (prov' Antwerpen' België)' E1 Lucas MEURKENS & \Iaurits PRL IiSE\ \.1)epositie van een Hilr'ersunl pot in \brsterlbosch {pror. \oord-Brabant, Nederland)'\'\\Eugène WARMENBOL ar\"ec,u.iqu., dates radiométriques 1a collaboration fls \lark STRYDONCK de Han\" à Han-sur-Lesse (prov (Bronze Íinal) du \"Trou pour les couteaux à doLrilleNamur, Belgique).Jean-Pierre PARENT & GuY DE MULDER n bronzen beitel te Melden (prov. Oost-Vlaanderen, België)'Ellen VAN DE VELDE, Tom DEVILLE & Tom DEBRUYNEiijlen en lanspunten. Een depot uit de late bronstijd te Tienen (prov. Vlaams-Brabant, België)'Tina DYSELINCK & Eugène WARMENBOL'e bronzen voonverpen uit een umenveld te Maastricht-Ambyerveld (prov' Limburg' \ederland t'rean-Philippe MARCHAL. Olivier coLLETTE. Claire GoFFIOUL. Brigitte \ELR\\ ' Stephane PIRSON', Paul \'ERSTR\ELE\?\GNA, Ui.h.t TOUSSAINT, Pierre VAN DER SLOOT & Nancl Lle-ce. Belgique) : note ille de (Or.rpere. Pro\. Je prévention d,un charlp d'urnes à Herrnrlle-sous--\rgentear,tLy DE MULDERurnengrafveld van Meerhout-Galgenheide (pro\ ' -\ntu eryren' Belgrë r'\Iieke HISSEL & Liesbeth THELTNISSE\rld case in het stuifzand. Het prehistorische grati elcl op Boshor erheide ontsloten (prov. Limburg, Nederland)'>imone A. M. LEMMERS into Urnfleld cremation technologl.and litual in the South of the Netherlands'.rned culture: osteological researchy DE MULDER, Ignace BOURGEOIS & RicaANNAERT Mussenpad 2 in Nijlen (prov' Antwerpen' België)'bronstijd-vroege ijzertijd bewoningssporen op de verkaveling -205-

'. --:---- \.: 9-{si\"i rcàeolqique d'un -sazoduc de Fluxys àAnderlecht (Bruxelles, Belgique). I [r-:-ItÈu-r-\-{\\ESTE ti.Ftmaire sporen uit de brons- en ljzertljd, te Stekene-Dorpsstraat (prov. Oost-Vlaanderen, België). 11:- Thieq \i{\ }IESTE & Jeroen VAN VAERENBERGH 1:-Fmeraire sporen te Temse-Frankrij kstraat (prov. oost-vlaanderen, B elgië). 1,11-Johan HOORNE, Jan BASTIAENS & Liesbeth MESSIAEN 13-Silo's op het zand? Nederzettingssporen uit de ijzertijd op The Loop (Sint-Denijs-Westrem - Flanders Expo, Gent),qrmpasnes 2A10-2011 (prov. Oost-Vlaanderen, België). 1+-- Erik DRENTH, Roderick C.A. GEERTS & Wouter ROESSNGH l5_<Een aardewerkdepot uit de vroege 4zert4d,te Oosterhout (prov. Noord-Brabant, Nederland). 1-<L- Erik DRENTH & Sentine WILLIAMS-KODDE 1É,Ts'ee waterputten uit de vroege ljzerttjd,te Groenlo (prov. Gelderland, Nederland). ló-- Christelle DRAILY & Olivier VRIEL\.NCK 1-: I --La nécropole celtique à tombelles de Courtil \"Hastape\" (commune de Gouly, prov. de Luxembourg, Belgique) ;fouilles 2009-2010. 1:\" - Dominique BOSQUET, Frédéric HANUT & Nicolas NIKIS t\": Un silo de La Tène ancienne à la \"Vieille Cour\" §ivelles, prov. du Brabant wallon, Belgique). - Jordi BRUGGEMAN & Natasja RE\.NS IJzertijdbewoning te Geel, Drijzillen-Rauwelkoven (prov. Antwerpen, België). - Liesbeth MESSIAENEen ijzertijdkuil te Drongen (prov. Oost-Vlaanderen, België).- Dtuk MERVIS, Jan DE BEENHOUWER, Tom DEVILLE & Sara HOUBRECHTSNederzettingssporen uit de ijzertijd en de middeleeuwen te Geel/Eikevelden Fase 1 (prov. Antwerpen, België).- TinaDYSELINCKBreda Digit Parc: een erf uit de midden ijzertijd. (prov. Noord-Brabant, Nederland).-Adelheid DE LOGI, Sarah DALLE & Frederik DE KREYGERSporen van ijzertijdbewoning te ursel/onderdale (prov. oost-vlaanderen, België).- Emmanuel DELYE &Amandine SCHAUSLa porte du murus gallicus de pont-de-Bonne, Modave (prov. de Liège, Belgique).- Robrecht VANOVERBEKE & Tim CLERBAUTT$-ee (rituele?) laÍe íjzertljd-monumenten te Alveringem-Hoogstade (prov. West-Vlaanderen, Belgïe).- \Íaarten BR{CKEEeu grachtenstelsel met lokale dumpzone uit de late íjzertljdlvroeg-Romeinse periode te poperinge - Boe- Lijssenthoek (prov. West-Vlaanderen, België).i\-jizBuei§lrttiigiCllIBIErpRrroeRrsEr-lTOtaTotEe,sn. r--v\{laamnaenddeVeEorepRgnBr.aRBvUienGlggsGiëcE)a.m, pAargnneeDE20G17RtAe EKVluEisb&ergveenro-RniÀqsuaeHnGdUe;IL'L,pAoUrtiMekEgebouwen,' uit de late -106-

LUNL,L-,I. rlrehaeoicgia protchistorica. XX, 20 1 2, p. 1 6 1 - I 66Nederzettingssporen uit de ijzertijd en de middeleeuwen te Geel-Eiker elden Fsre n(prov. Antwerpen, België) Dirk MpnvISl, Jan Ds BBpNuouwER2, Tom Devu-ts1 & Sara Hot-BRrcrm:l.lnleidingIn 2006 stond de voetbalvereniging KSAV Sïnt Dimpna eénvan haar voetbalvelden af aan het nieuu.e OCMW rusthuis,gelegen in Geel 'Eikevelden'(fig. 1).Ter compensatie kreegde club van de stad Geel nieurve velden aan de overzijdevan de straat. Deze terreinen zouden vanaf 2012 ontwikkeldworden. De bouwu,erken omvatten onder meer een nierLu eparking voor ongeveer tachtig voefiuigen en drie nieuu,evoetbalvelden.Bij eerdere opgravingen die de bourv van het nieuwe rusthuis Fig. I . Síruering van het plangebied (ONGI) (AGI|: 201 1)vooraÍgingen was reeds gebleken dat de orr,geving van Ei-kevelden rijk is aan sporen uit het verleden. De aanleg van is opgebour'vd uit de Miocene Formatie r'an Diest. Het plan-de nieuu.,e voetbalterreinen \\ras dan ook aanleiding tot een gebied ligt op de zuidoostelrjke flank van deze dekzandrugarcheologischvooronderzoek door middel van proeÍsleuven. die de valleien van de Grote Nete en de \loise \ete besrenstZoals verw,acht werden ook hier talrijke archeologisch spo- (Goolaerls 2006: 2).ren aangetroffen. Volgens de bodemkrr;u: ,. d: ..n.ls1grond gekenmerkt door eeil llri,ltig lr:l!' 2.,.:r.r:rrrlilr lret sterk geYlekte, r,erbrokkeldeDe opgraving die hiernavolgde rverd opgespiitst in drie fasen. l-\.i-.';.1-B :.i,:-2,-.1]t:n het nooldelt en een matig droge zandbo-Dit verslag geeÍt de voorlopige resultaten weer van de eer-ste fase, uitgevoerd van mei tot juli 201 1. Tijdens deze cam- ::::: ::-e. iiNki antrLrpogene humus A horizont in het zuidenpagne werden talrijke sporen, vermoedelijk uit de ijzertijd. rr\c3:rriilrSÈries Zdc en Zcm) (agiv.be, 201 l). Ten zuidoos-aangetroffen: niet nTilrder dan vier langr,verpige gebouu,en I.n elr oosten 'n'an het plangebied zijn trvee rvaterlopen gele-met standgreppel, talnjke sprjkers en een erÍscheiding. Eengeïsoleerde kringgreppel bevond zich midden in de uoon- gen- de Rlnloop en de Molse Nete.zone. Voorts u erden dlie u'aterplrtten italtgr'trotÈn. \\:,.1r., :r: Het aangetrotlèn antropogene pakket is gemiddeld tussen 50'* - 'er minstens éen uit de nriddeleeLrri s1 il11- ': en 70 cm dik. De dikte van de ploeglaag varieeft tussen 30 en zl0 centimeter. rvaardoor er gemiddeld 20 centimeter van de2. Lokalisatie plaggenboderl bewaard is. Tussen de antropogene laag en de C-horizont is lokaal een laag aangetroffèn die in dikte varieertDe opgraving is gesitLreerJ :;:- .t-.:Je:-, ran de straat Eike- tussen 5 en l0 centimeter en gekenmerkt is door spadesporen.rvelden, naast de lokalen \,,i:'- s-'.,,.r:sgrLrep Srnt-Tarcitius.rTen zuiden ligt de rineu eg r R. :,-,:,i Ceel en ten u'esten de tot in de C-horizont. Deze tweede antropogene verstorinq n-as zeer kortstondig, gezien de heterogeniteit van deze laag,begraafplaats van de stad. D.' r,.'::.: .ppen lakte ran fase 1 De aanwezigheid van een dikke antropogene laag zorgt erbedraagt ongeveer 6000 nrt. n.r:t :.. ..rr::,!iin Larrber-tcoördi- voor dat de archeologische sporen bijzonder goed ber,vaardnaat X: I 94400. Y: 205300. bleven. Enkel tegen de r,i,esteltke grens is er eeu lerstorin, van het archeologisch boden,archief door boomwor-tels en3. Topografische en bodemkundige situatie door de aanwezigheid van een smalle maar redelijk diepe le-Geon.rorfologisch behoorl de regicr Ceel :..: de deptessie cente gracht.van de Schijns-lVete. Dit is een laagge ieger: _gehied u'aar detopografie zich onder de 20 m sitrieen. Deze rlakte riordt 4. Archeologisch onderzoek in Geeldoorbroken door een relatiel smalle. zuidu g51-11g6161p6151 ge- Archeologisch gezien is de stad Geel voorlopig nog onont-richte reliëfeenheid, de rug van Geel. Deze strekt zrch uit ten gonnen gebied. Volgens de CAl-gegevens is er slechts .1.;:rzuiden van Olen in de richting van Geel. De rr-rs r an Ceel' Condor Archacological Researcli. \'lartenslindestraat 19. B--1--11 \{ar-tensl inde. d.men is(r4condorarch.be, t.der,ille(a;condorarch. be. s. h oubrec hts/acondorarch.be: W'etenschappellk mcdc*crkcr KUL. jan.debeenhouu er(i arls.kuieur en.be 161

. : t:) 15 30 IFig. 2. Algemeen oyerzicht van fase . , ' ,: \ 11'11i5 zijn er enkele sites uit de ning werd brj dit onderzoek echter niet aangesneden (Ooms . . : :r,.',i:e periode bekend. 2006).- : . - :'.-. lLangebied, aan de o\rer- In 2011 werd een archeologisch onderzoek uitgevoerd te - . ., : -rndeLzoek uitgevoerd Rauwelkoven, een gehucht van Geel dat nog binnen de ring ,: :- ri l:usthuis. Dit on- (Rl4) gelegen is. Het onderzoek werd uitgevoerd door de firma All Archeo, onder leiding van Jordi Bruggeman. Ook :-: :n Tont Devi1le, hier was de hoofdcomponent middeleeuws. Daartaast wer- - r :i \".\.\ .s hooÍïge- den er twee vierschepige huisplattegronden met standgrep- ,:ïll::1, pel aangetroffen en enkele spijkers met noordoost-zuid- . : i:ii rl_ west oriëntatie die mogelijk aan de ijzerlijd toegeschreven t62 -

kunnen worden (Bruggeman et al., zie bijdrage in dit vo- lopig. E.r zijn ech::: :-:r., ; : .lume). \roeBe ilzerrild !:cri.il.r:.:-. --- -5. Resultaten kel 1998). Dit geboun L'e.:,:-,.: :-.-:Gezien de oppervlakte van het plangebied is er geopteerd omhet terein open te leggen door middel van parallelle sleuven pel met een omringende palenrij (fig- 5in een dambordpatroon. Deze werkpuíten z4n gemiddeld 10à 15 meter breed en ongeveer 50 meter lang. Gezien de on- wordt gedragen door vier centraal gelegearegelmatige voÍn van het plangebied zljn er nog een aantal deling binnenin i.vordt velt olledrgc Lir-. .' ;: : - - -' de kopzijden van het gebouu alsook lt e; ;''kleinere werkputten aangelegd om zo een volledig mogelijkedekking van het gebied te verzekeren. ingang van het gebouw. Deze palen zijn, tot q-aHDeze werkwijze houdt in dat bepaalde structuren pas achteraf niet opgemerkt. De locatie van de ingang en de bijbehop het grondplan werden herkend. Anderzijds wordt doordege methode het werk aanzienlijk vergemakkelijkt doordat uitstaande constructie is quasi identiek aan deze aatrgetÍohet ontgraven zatdkatworden gestockeerd op de nog te on- in Geel. Dit in combinatie met het aangetroffen- met kamderzoeken blokken. siering versierde, handgevormde aardewerk boven een dr- nokpalen leidt naar de datering vatl de gebtrl.',',J' I :l ijzertrld. Tldens de verwerking zal het natllLln\ cl;r'Lr-..-:l-:- lijk onderzoek, alsook de analyse van het aangclrtrllr' . - onverlverkte, aardewerk echter een dLridelijker bec1.1 k,,:- -' scheppen.5. 1 H o ofdg eb o uw en en p erceelsgrepp els ln het plangebied zrjn ook tu,ee erfscheidingen 33ll!Étr''rl-;' De eerste greppel loopt in noordoost-zuidiiestellike ncht::l=.Zoals reeds vermeld zijn er vier langwerpige gebouwen (fig. ter\\,rj1 de trveede vanuit het noordwesten. haaks op dL' --r.::.3) gedocumenteerd, die vermoedelijk dateren uit de ijzerlijd. greppel georiënteerd is. De trveede greppel buigt echter -ie1:--Aan de hand van deze plattegronden kunnen al zeker twee dehjk af alvorens samen te homen met de eerste.occupatiefases onderscheiden worden, aangezien in de zuid-westelijke hoek van het plangebied twee van deze gebouwen Opmerkel4k is dat, hoewel de breedte gering is (tuss.'n itt ::'elkaar oversnijden. V/elk gebouw voorafging is niet geweten,aangeziert de zone van de oversnijding verstoord werd door 25 centimeter), er toch tussen 30 en 40 centimeter in dieplrbioturbatie. bewaard is. Lengtecoupes op deze greppels nlaakten dtlid:- lijk dat op regelmatige alstanden palen rvaren ingeplant On-Het derde gebouw kon volledig worden geregistreerd. Deze geveer elke vijfmeter stond een paal die vaak tot 40 cnl onJ;:structuur werd gedragen door vier nokdragers met een on- de bodem van de greppel u''as ingegraven. Het hand\"er ttrtl.l:derlinge tussenafstand van gemiddeld drie meter. De stand- aarderverk in de vulling en de oriëntatie van de erfschei.lil:-greppel die de positie van de lemen wanden aangaf was aan gen doen vermoeden dat zij samenhangen met de vier gebo'.- wen rret standgreppel.de buitenzijde omgeven door een rij palen die de dakcon- 5.2 Bijgebouwenstructie onderaan ondersteunden. Een aantal van deze zo-genaamde dakvoetsteunen ontbraken in het opgravingsvlak. Verspreid over het plangebied zljn talloze bijgeboLru en :'De afmeting van dit gebouw bedroeg vijftien bij zeven me- spijkers aangetrofÍèn. Het betreft hier veelal vierpalige s:' , - kers, maar zes-, acht- of nTeerpalige varianten konlell 3\ -r -ter. eens voor. Te oordelen naar de vuilir,g van de sporeu dri::.. zij uit meerdere periodes, vemroedelijk van de ijzertil.l tr: -::De standgreppel was plaatselijk tot twintig centimeter be-waard, terwijl de nokpalen gemiddeld 30 à 35 centimeter middeleeuu.en.bewaard zijn. Ook is er mogelijk een spoor gevonden van Daarnaast zijn vele clusters paalkriilen aangetrolÈn. \" ':-':een aantal palenkoppels die tussen de laatste en de voorlaat-ste nokdrager aan de noordoostzijde van het gebouw lagen, il,aarschijnlijk eén of meerdere gebou.uven te helkerln::- -voffnen vermoedelijk de afscheiding. tussen een woon- en In de .n,ern,erkingsfase, zal de inlormatie van de c.'\"'-r.'.stalgedeelte. linkt u,orden aan het bekomen grondplan ot.t.t hiel itl z - r - lijke patronen te herkennen.Van het vierde en laatste gebouw met standgreppel kon enkelhet zuidelijke uiteinde tot aan de eerste nokdrager opgegra- 5.3 GraJheuvelven worden. Het grootste deel van dit gebouw lag buiten het Ten noorden van het volleclige hooÍïgeL'ou ''plangebied. Bij dit gebouw bleven alle dakvoetsteunen be- leerde krin ggreppel aangetrofïèn. E etr s ra I}r,- : locatie is onveru,acht, aangezien het. ti.l:.'1 .waard, tenminste in het opgegraven gedeelte. Ook de stand- greppel was over de ganse lengte bewaard, maar plaatselijk zoek, herkende grafveld zuidelijker geli:.: ,heel ondiep. Boven de kuil van de nokdrager bevond zich een Reeds bij het opschaven van het \\'erlaag, rijk aan houtskoolbrokken en handgevormd aardewerk(fig 4). De laag strekte zich uit over de volledige breedte van aardewerk opgemerkt in de lulling r het gebouw en hangt vermoedelijk samen met de bewonings- het couperen van de kringgreppel Lrt fase en de vernieling ervan. Verder onderzoek zal hierover uitsluitsel geven. -163-

\"\"(\ L) ++\ \"//é)//);^\"-Y$\"\I + ooI 0 75 15 +N-:- :,i itet ounïal niet aangeduicll. aÍwisseling van donkere en lichtere banden gemengd met bleke zanden uit de C-horizont (fig. 9). - ln deze kuilen zijn er, vooral in de houtskoolrijke laag, spo- =ndachi. Vrij snel werd dutdelijk dat dit een gebroken radi sch aarde$rerkfragmenten aangetroÍïèn. Een duideh.lke pot \\ras (fig 6) Het aardewerk was in der- concentratie aardeu,erk zoals op de opgraving van de rust- huissite is r.riet gevonden (Ooms 2006: 6). Daamaast zijn een . .::::e staat dat de pot in blok is gelicht om naderhand, aantal kleinere kuilerr aangetroÍïen, die mogeh3k ook als af- r erder vrij gen.raakt te worden (fig 7) Crema- valkuil kunnen geïnterpreteerd worden. :'iet beu.aard. De von.r.r doet vermoeden dat 5.5 Greppels en gruchten de r loege olmidden-ijzertr.ld gaat. zelf t fig. 8) bleef vrij goed bewaard tot een Binnen de kringgreppel was een - -r ::t. :lrijzige laag il.aar te uemen. -' :n het heuvellichaam. lret eni-qe zekerheid Kriskras over het plangebied zijn een aantal _ereppels aan- ieze klLilen hebben getroffen. De meeste zijn te dateren in de middeleeuwse of ,':. z:-ln -0 tot 80 post-middeleeur,vse periode. Naast de hoger beschreven erÍ-- ,,.rJeLiik hoLLts- scheidingen werden nog twee greppels gevonden met in de '. ,l) ef ecl] vulling handgevormd aardeu,erk, \\.aarvan sommige scher- ven besmeten zijn en daarom in de gzertijd kunnen gedateerd r,r,orden. r6-+ -

ep1 §§ . a..! I .a .a a t' & -:-:-.- -- ----- e -rl + .§ ]ïï€c a a ..íE Í.,1 . c ..r. r Jt o L--: -E x',,'.,ér;i'.$.,i:i:', '.,. §' \4\" :ti : l: .'t! -lr;::§M{}**§*WFig. 4. Paalkuil van de nokdrager van gebouw 4 met a) de laagrijk aan houtskoolbrokken en aardewerk, b) de paalkern en c) depaalkuil. !,', r IIJ I$ § i Fig. 7. Gedeeltelijke reconstructie van de pot gevonden in de graf- cirkel na stabilisatie (foto: @Jan De Beenhouwer).Fíg. 6. Opengeklapte 1 ggreppel in situ De tweede greppel bestaat uit twee elkaar kruisende sporen die in van noord naar zuid dwars doorheen het plangebied lopen. Deze greppels zijn beduidend minder diep dan boven- vermelde greppel en niet opgebouwd uit lagen. Ook in deze greppels bevond zich veel handgevormd aardewerk.De greppel met de grootste concentratie aardewerk liep in 6. Besluitnoordoost-zuidwestelijke richting door de noordwesthoekvan het plangebied. Het spoor is opgebouwd uit verschillende Hoewel de verwerking van de opgravingsgegevens nog moet star-pakketten (fig. 10), maar vooral de bovenste laag levert demeeste keramiekfragmenten op. Bulkmonsters en houtskool- ten, blijk alvast het belang van de site Geel-Eikevelden. De plaatsstalen uit de vulling zullen bij verder onderzoek meer infor- werd in verschillende perioden uitgekozen voor bewoning.matie verschaffen. Voorlopig kan besloten worden dat er zeker drie occupatiefa- ses te herkennen zijn, waaflr'an twee, vermoedelijk uit de 165 -

\"IE'' t *:'r, 1. 6. Cr:,ttpe r,r, ,lu kri,rggr;;;;;i:. Fig. 10. Coupe von de noorcloo.sÍ-zuidy,est gectriënÍeerde greppel met rechÍs cle donkere, aardey,erk riike, loag.-:'. iirril rrtet boyenaatt duidelilke tlonkere ttrlling en ontler- beeld schetsen van de situatie, waardoor een vollediger ver- .rir tr.lrlllq' vurt donkere t,n lichÍcre ltantlen. haal gebracht kan worden. Hypothesen en vragen uit de eerste fase van het onderzoek worden meegenomen in de tweede en.1 en een uit de nriddeleeu\\,en. Welkc van de tu,ee be- derde fase van de opgraving van de site, waarin onder andererrlirses Lrit de ijzertijd r,.oorafging is echter nog niet gc- het ijzertijdgrafveld wordt opgegraven. (').,1- 11 .,'6 er Llit de ijzertqd een graf met klinggreppel-:.rcht ureppel rlet besmeten aardewerl( aangetrolïèn. Bibliografie-...-.i.LL\\se fase behelst een aantal secundaire gebou- SCHINKEL, C. i998. Unsettled settlement, occupation: .-::1:rrïbakeningen en \\,aterputten. Tot op heden zijn remains from the Bronze Age and the Iron Age at Oss-Ussen. ';.:-:.'LlLt§r-ll l-tit deze periode aangetroffen. De r.er- - , rt'ingScollponenten op deze site moeten i1l fe- The 1916 1986 excavations, fu. H. FOKKENS (ed.) The , : .i-'n nir-r de be§'oning op de archeologische site LIssen project. The first decade ofexcavations at Oss, Leiden, - ,r'zi.ide r an cle straat. opgegra\,en in 2006. - , .irr eelr geïsoleerd graf uit de ijzer-tijd, pp.5-3 05. .\" .:i .hloltologie van het nabijgelegen GOOLAERTS, S. en BEERTEN, K. 2006. Toelíchting bii de : ,:.rt-r.ie troÍ-Èn bervoningssporen lrit de quartairgeologísche kaarÍ, kaartblad l6 Lier. Leuven. ieqelens en het natuurweten- OOMS, J. 2006. Grootschalig archeologisch onderzoek te ,:. de toekomst een duidelijker Geel (atrgustus 2006). VIOE interr rapporl. LANGE, S. 2011. Hout uít middeleeu*-s Geel, Onderzoek aan houtvondsten van een opgraving te Geel (Vlaanderen, België). BIAXiaal, 532. Zaandam: BIAX. Agentschap voor Geograflsche Informatie Vlaanderen (AGIV). 2011. Bodemkaart yan Vlaanderen fonline]. [Ge- raadpleegd op 3 november 201 1 l. Beschikbaar van het World :Wide Web <http ://geo-vlaanderen.agiv.be/geo-vlaanderen/ bodemkaarl>. Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen (AGIV). 2011 . DigiÍale versie van topografische kaarÍ 1/10000, raster, kleu4 )IGI, opnante 1991 2005 (GIS- Vlaanderen), kaartblad l6/8 en 17l5. Brussel: AGIV. -166-